Naam

Opdracht 1. Slaapverstoringslijst

Geef bij onderstaande stellingen aan of en hoe vaak per week je de beschreven situaties ervaart.
’s Avonds niet in slaap kunnen vallen
’s Nachts regelmatig wakker worden
’s Avonds niet in slaap kunnen vallen en ’s nachts regelmatig wakker worden
Oververmoeid zijn of weinig energie hebben
Overdag doezelen
Overdag concentratie- en geheugenproblemen ervaren
Overdag stemmingsproblemen ervaren

Opdracht 2. Doezelscorelijst

Geef bij hieronder bij elke activiteit aan hoe groot de kans is dat je tijdens de activiteit wegdoezelt, door het geven van een van de volgende socres: 0. Nooit kans op doezelen 1. Kleine kans op doezelen 2. Redelijke kans op doezelen 3. Grote kans op doezelen.
Zitten en lezen
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.
TV kijken
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.
Zitten in een publieke plaats (theater)
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.
Een uur rijden zonder medepassagier
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.
’s Middags liggen
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.
Zitten en praten met iemand
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.
Rustig zitten na de lunch
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.
Zitten in de auto bij verkeerslicht
Voer een getal kleiner dan of gelijk aan 3 in.

Opdracht 3. Slaapdagboek

Houd gedurende een week het volgende slaapdagboek bij:
Tijd van naar bed gaan
Vul 's morgens in hoe laat je elke avond naar bed bent gegaan
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Tijd voor inslapen
Vul 's morgens in hoe lang je in bed lag voordat je in slaap viel
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Hoe vaak/hoe lang wakker
Vul 's morgens in hoe vaak en hoe lang je gedurende de nacht wakker bent geweest
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Gedachten tijdens wakker zijn
Vul 's morgens in wat je gedachten waren tijdens het wakker zijn
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Activiteiten tijdens wakker zijn
Vul 's morgens in wat je activiteiten waren tijdens het wakker zijn
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Tijden van opstaan
Vul 's morgens in hoe laat je elke dag opstond
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Totale slaapduur
Vul 's morgens in wat de totale slaapduur was
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Aantal/duur van dutjes overdag
Vul 's avonds in hoeveel dutjes je overdag hebt gedaan en hoe lang de dutjes duurden
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Bezigheden/omstandigheden
Vul 's avonds in wat je bezigheden en relevante omstandigheden gedurende de dag waren (kort)
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Gedachten/zorgen
Vul 's avonds in wat je belangrijkste gedachten en/of zorgen overdag waren
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Cafeïne/koffie/thee
Vul 's avonds in hoeveel koffie, cafeïne en thee je overdag hebt gedronken
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Alcohol/nicotine/ drugs
Vul 's avonds in of en hoeveel alcohol/nicotine/drug je overdag hebt gebruikt
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Zelfzorg
Vul 's avonds wat je overdag hebt gedaan aan zelfzorg
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Medicijnen
Vul 's avonds welke medicijnen je overdag hebt genomen
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Moeheid
Vul 's avonds in hoe moe je overdag was
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
 
Prikkelbaarheid
Vul 's avonds in of en hoe prikkelbaar je overdag was
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag